Het bos krijgt langzaam meer kleur. De Drentse krent is nu op haar hoogtepunt, en de mooie wit-bloeiende struiken vieren een feestje in het bos. Maar het lijkt of wij dit voorjaar nog harder moeten werken om onze gegevens bij elkaar te scharrelen.
In mijn beleving hebben we de stilzwijgende afspraak met de vliegenvangers dat als wij ze voldoende veilige broedgelegenheid bieden, dat zij zich vervolgens behoorlijk gedragen. Behoorlijk betekent dat wij met niet al te veel moeite hun aankomstdatum kunnen registreren. In de praktijk gaat dat als volgt: mannen komen aan, gaan onmiddellijk zingen en blijven dit vrijwel onafgebroken doen totdat ze een vrouw krijgen. Het mooie aan dit scenario is dat die mannen dus heel gemakkelijk te observeren zijn, en dat ook de aankomst van de vrouw helder is (want dan houdt de man op met zingen). Dit jaar is de klad er wat in gekomen bij de vliegenvangers. Ze zingen maar matig, wat vast komt doordat het vaak koud is. Met wat extra moeite vind je een vliegenvanger wel wanneer je weet waar die ongeveer moet zitten. Vaak foerageren ze op open plekjes op de grond. Of soms staan ze als kolibries te bidden hoog in de berken, vast om bladluizen te snoepen. Voor een enkele vliegenvanger is dat niet veel moeite, maar momenteel loop ik elke dag ruim 50 vliegenvangermannen af. Als die nu allemaal vijf minuten extra tijd vergen, ben ik dus ruim vier uur langer bezig.
Van andere jaren weten we dat vrouwen snel beginnen met nestbouw na aankomst. Nu zijn er nog maar weinig vrouwen, maar ook zij houden zich niet aan deze afspraak. De vroegste vrouw is nu ruim een week aanwezig. Ik zie haar regelmatig, maar ze heeft nog maar vier magere stukjes nestmateriaal in haar nestkast verzameld. Als waarnemer om gek van te worden. Of eigenlijk natuurlijk ook weer super-interessant, want hierdoor leren we misschien ook weer beter hoe onvoordelig het is om aan te komen wanneer de omstandigheden beroerd zijn. En volgens de voorspellingen wordt het de komende dagen alleen maar erger.
Om met een wat blije noot te eindigen: de man die de kast met webcam heeft bezet, kreeg gisteren bezoek van een vrouw. Voor een vliegenvangergek als ik, waren die beelden om van te smullen. Ik heb tientallen keren van buiten gezien hoe dat paarvormingsproces in zijn werk gaat, maar nu mocht ik intiem meekijken in de kast. Ik wist dat mannen een vrouw een nestkast proberen in te lokken door een heel ander, veel hoger liedje voor de nestkast te zingen. Toont de vrouw interesse, dan gaat de man de nestkast in. Op de beelden gisteren kon je zien hoe hij hier verder zong: rechtop gezeten, het lichaam heen en weer wiegend als in een soort trance. Toen de vrouw op deze serenade reageerde en ook de kast in kwam, wist de man niet hoe snel hij weer naar buiten moest. Grappig om die vrouw haar mogelijk nieuwe huis te zien inspecteren. Ze pikt eens hier, kijkt dan even in één van de hoeken. Zo zit ze een tijdje rond te kijken, zich indenkend of ze hier de komende drie weken wel wil verblijven. Dan verlaat ze de kast, en ik weet dat dan het mooiste volgt van die balts. De vrouw schiet er als een pijl uit de boog vandoor, op de staart gezeten door de man. Een wilde achtervolging door de boomkronen volgt. Ik stel me altijd voor dat alleen wanneer een man voldoende vliegkunst tentoonspreidt, hij als partner wordt goedgekeurd. Deze man lijkt te zijn geslaagd, want vandaag was er al wat nestbouw. Deze vrouw houdt zich gelukkig wel aan die afspraak.
Christiaan