Het is nog steeds koud, maar in het zonnetje van vanmorgen zingen alle mannen enthousiast. Wel een beetje ijdele hoop dat op een dergelijke dag veel vrouwen zullen aankomen, maar misschien weten zij wel meer dan ik. Het is voor ons nog steeds sprokkelen om een enkele nieuwe aankomer te kunnen verwelkomen. Vandaag een enkele man erbij, die zelf ook nog zoekend is waar hij zich wil vestigen. Dan is het helemaal prettig wanneer hij een gekleurde ring om heeft, want daarmee is hij te traceren.

Ik maak me zorgen over mijn vroegste vliegenvangervrouw. Gaat haar recordpoging haar de kop kosten? Vandaag zouden er zes eitjes in dat nest moeten liggen, maar het zijn er slechts twee. Net zoveel als eergisteren, en ook toen had ze al één dag overgeslagen. Op zich kan dat gebeuren, maar de man zat al weer wat te zingen, alsof de vrouw inderdaad verdwenen was. Helaas was ze ongeringd, dus als ze verhuist naar een andere kast is dat voor ons niet te traceren. Mogelijk was ze haar ontrouwe man zat, want die was al weer bij de buurkast aan het zingen geslagen, in de hoop op een tweede vrouw.

Daar waar het bos lijkt stil te staan, gaan de vogels in de polder stoer door. Gisteravond was ik even bij mijn tweede liefde, de roodborsttapuiten. Ik volg ze al een paar jaar in de Westerbroekstemaderpolder vlakbij mijn huis. Interessant is dat een aanzienlijk deel van die roodborsttapuiten tegenwoordig niet meer werktrekt, wat ze een lange tocht naar het Middellandse Zeegebied bespaart. In zachte winters kan dat vast goed uit, maar het risico van een strenge winter is dodelijk. Die overwinteraars lijken ook vroege broeders te zijn, die nu al jongen in het nest hebben. Nu zijn die nesten niet gemakkelijk te vinden, en omdat ik elke dag weer die vliegenvangers moet verwelkomen, heb ik ook geen tijd om ze te zoeken. Maar een kleine twee weken terug zag ik al mannen met voedsel vliegen, en ook nu weer. Zo’n regenworm als op de foto is vast geen prooi voor kleine jongen, en ik vermoed dat die vroegste nesten al bijna op uitvliegen staan. En dat met deze kou! Deze roodborsttapuiten gaan door met broeden tot in augustus, dus op deze manier passen er wel drie broedsels in een voorjaar. Kom daar maar eens mee aan bij die vliegenvangers, die alleen als alles helemaal meezit een tweede nest in één voorjaar er uit kunnen persen. Lukt bijna nooit, maar dit jaar zijn de omstandigheden er mogelijk naar. Een vroeg begin, en geen heel vroeg voorjaar. Maar dat moet nog blijken.