1 juni 2025: De schoonheid van continuïteit

Wandelaars kijken vaak wat verbaasd als ik op een willekeurige plek het bos uit kom stappen. Soms hebben ze door dat ik in die nestkasten kijk, en vragen ze hoe de vogels het doen. Laatst antwoordde ik dat ik net jonge vliegenvangers had geringd, en dat we hier een hele burgerlijke stand van die vogels bijhouden. Een wat meewarige blik volgde, waarna de man in kwestie enthousiast begon over het spechtennest dat hij juist zonder succes had proberen te fotograferen met zijn telefoon.

Die burgerlijke stand was geen grapje, en net als bij mensen kan je uit een burgerlijke stand stambomen maken. Dat is een belangrijk deel van ons onderzoek, want uit de stamboom kan je afleiden hoe succesvol een paar is in termen van kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen, etc. Of anders gesteld: hoeveel genen ze nalaten aan toekomstige generaties, en dus of ze een prominente rol spelen in het delicate proces van micro-evolutie. Ook gebruiken we die stambomen om te kijken in hoeverre kenmerken overerven in families. Dus hebben ouders die vroeg in het voorjaar terugkeren uit Afrika, ook kinderen, kleinkinderen of achterkleinkinderen die vroeg terugkeren (in vergelijking natuurlijk met later terugkerende ouders).

Stambomen bij mensen kan je maken omdat bijvoorbeeld een gemeente een heel goed archief heeft bijgehouden. Maar die stambomen zijn vaak niet volledig, want er komen mensen nieuw in de gemeente wonen, en anderen vertrekken weer. Tegenwoordig gaan die gegevens mee, maar vroeger was dat niet zo, en dat maakt het soms ingewikkeld om stambomen heel lang te kunnen volgen. Bij onze vliegenvangers is dat net zo. Vliegenvangers hebben de neiging nogal eens te verhuizen, en vooral jonge vogels doen dat. Wanneer die terugkeren uit Afrika komt maar een relatief klein deel terug naar de plek waar ze geboren zijn. Dus de stamboom heeft allemaal doodlopende takken, maar ook nieuwe spruiten door immigranten zonder geschiedenis.

Laatst hebben we eens uitgezocht of we delen van onze stamboom hebben die een hele geschiedenis hebben vanaf het begin van de studie in 2007 tot nu. Er was slechts één lijn die deze continuïteit had van 2007 tot 2025. Dit jaar was het spannend of die lijn nog voortgezet zou worden. Gelukkig is dat zo, en de lijn breidde zich zelfs iets uit. De afgelopen twee jaar hadden we nog twee mannen uit deze lijn, en beide mannen waren dit jaar weer van de partij, en één van die twee mannen had ook twee overlevende zoons. Dus vier individuen die de lijn voort kunnen zetten. Dan denk je dat dit veelbelovend is, maar er is wel een addertje onder het gras: drie van deze mannen heeft dit jaar geen vrouw gekregen, en daarmee kunnen ze dus ook geen nieuwe aanwas genereren om de stamboom voort te zetten. Maar gemiddeld gaat de helft van de mannen dood per jaar, dus van deze vier mannen verwachten we komend jaar toch weer twee terug voor een nieuwe kans. En de ene man die dit jaar wel broedde kan ook voor nieuwe aanwas zorgen. Dat is nu al weer spannend voor volgend jaar om naar uit te kijken.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *