Momenteel leven wij vliegenvangers: van ‘s ochtends vroeg in het bos, tot (soms wel) ‘s avonds laat gegevens invoeren. Net als de vliegenvangers een zevendaagse werkweek. Door het intensieve kijken, bouw je toch een wat intieme band op met die vogels. Ik weet dat dit geheel eenzijdig is; dat wij waarschijnlijk lucht zijn voor de vliegenvangers. Maar ik zie veel van die vliegenvangers echt als individu, met ieder een eigen karakter, waar ik ook regelmatig een oordeel over heb. Er zijn individuen die ik duidelijk sympathiek vind, maar ook enkele vogels waar ik een grondige hekel aan heb. Over die laatsten: dat zijn schuwe vogels die zich bij de minste nadering uit de voeten maken. Vliegenvangers die je nauwelijks te zien krijgt, en dus waar je soms naar de uiterlijke kenmerken bijna moet raden. Maar qua gedrag zijn ze zo kenmerkend, dat je goed weet met wie je te maken hebt.
Een interessante man zit nu al 12 dagen bij nestkast 741. Zijn uiterlijk springt er uit, want hij heeft een gitzwarte rug, waartegen z’n witte onderkant fel afsteekt. En hij heeft twee grote witte voorhoofdsvlekken. Eigenlijk een vliegenvangerman zoals uit de vogelgids, maar hier zijn die zeldzaam. In Groot-Brittannië en Scandinavië zien ze er eigenlijk allemaal zo uit. Maar deze man is hier zeker eerder geweest, en mogelijk zelfs lokaal geboren. Hij draagt immers een rode ring, en die hebben wij hem gegeven. Eigenlijk denk ik dat hij wat onnozel is. Hij zit namelijk bij een nestkast met een pimpel nest met eieren, en die pimpel vindt hem duidelijk niet aardig. Terwijl er in een straal van 150 meter om hem heen wel acht (!) andere vliegenvangermannen druk zitten te zingen, lijkt deze man maar wat aan te lummelen. Af en toe zingt hij wel wat. Soms zit hij even op de nestkast. Maar het gevoel van urgentie lijkt bij hem geheel te ontbreken. Hij lijkt zich niet in te spannen om een vrouw te krijgen, noch om die pimpel uit de nestkast te zetten. Ik vraag me dan af of hij een plan B heeft dat ik niet ken? Gaat hij pas echt los wanneer we ware liefde langskomt, en spaart hij nu z’n krachten? Of heeft hij stiekem zelfs al een vrouw in een natuurlijke holte in de dode berk die iets verderop staat? Ik vermoed het niet, maar helemaal zeker ben ik er niet van.
Het grappige is nu ook dat vliegenvangermannen vaak te koop lopen met hun verliefdheid, waardoor je een vrouw sneller opmerkt. Het echte paarritueel missen we vaak, maar als je bij een nestkast komt waar gisteren nog een vliegenvanger zat te zingen, en de zang is gestopt dan moet je opletten. Vaak hoor je dan hoog in de bomen een atypisch vliegenvangergeluid. Het klinkt licht klagelijk, maar het is een geluid van opwinding. Als je dan hoog in de bomen zoekt, vind je vaak wel een vrouw die zich wat heimelijk gedraagt. Er kunnen soms dagen overheen gaan voordat die vrouw haar nest gaat bouwen, maar er zijn nu ook vrouwen die de mouwen opstropen en gelijk aan de slag gaan.
Vandaag vond Rob toch al een bonte vliegenvangernest met twee eieren. Dat was wat onverwacht na al die koude. Er komen vast wat bij de komende dagen, maar veel zullen het er niet zijn. Slechts enkele nesten zijn klaar, en nestbouw gaat veel trager dan we gewend zijn.