Dit is zo’n moment in het seizoen dat de vermoeidheid wat toeslaat. ‘s Ochtends verwens je de wekker even, maar buiten in het bos is het vervolgens prachtig. De mist loste snel op, en dat fijne, lage zonlicht dat door de bomen schijnt heeft iets magisch. De vliegenvangers hadden er ook weer zin in vandaag. Alle ongepaarde mannen zongen de longen uit het lijf, en wanneer je een man niet vindt dan is hij of gepaard, of door een koolmees de schedel ingehakt. Zo was ik gisteren rechts-blauw kwijt, en hij is niet meer. Geboren op 27 mei 2021 op het Dieverzand, gestorven 21 april 2023 op zo’n negen kilometer afstand. We hebben geen waarneming sinds hij een kleine twee jaar geleden het nest verliet. Maar hij is ongetwijfeld tweemaal op en neer naar Afrika gevlogen. Een succesvogel kan je zeggen. Maar dus ook een pechvogel.
Vandaag en gisteren zijn er nog aardig wat nieuwe mannen bijgekomen. Het blijft me regelmatig verbazen waar zij zich vestigen in dat bos. In sommige nestkastplots zijn nog overal lege nestkasten, maar die nieuwe mannen lijken een voorkeur te hebben voor plekken waar al andere vliegenvangers zitten te zingen. In het Dwingelderzand zitten nu 13 mannen, en zes daarvan zitten op een kluitje. Ook in het Lheebroekerzand heeft zich gisteren een plukje van wel vier nieuwe mannen gevestigd bij elkaar, op een plek waar al verschillende andere mannen zaten te zingen. Voor je gevoel is de rest van het bos nog leeg, en ik geloof bijna niet dat deze plekken zoveel beter zijn. Ik denk vaak dat ze graag bij elkaar zitten, niet uit gezelligheid, maar omdat ze samen misschien beter in staat zijn om vrouwen aan te trekken. Dat moeten we maar eens gaan testen: of een vliegenvangerman sneller een vrouw krijgt als er in zijn directe omgeving meer mannen zitten te zingen. Voldoende data om daar eens goed naar te kijken.
Over die vrouwen gesproken: dat loopt nog geen storm. In mijn gebieden heb ik nu 74 mannen, waarvan vandaag nog maar 18 gepaard waren. Niet getreurd, de mediane aankomst van vrouwen ligt rond de 25 april, en in koude jaren op 29 april. Dus dat is pas over een week. Het opmerkelijke vandaag was dat een man die gisteren aankwam vandaag al een vrouw had, terwijl 200 verderop een man al 10 dagen aan het zingen is en nog steeds geen vrouw heeft. Ook dat vraagt eens om nauwere analyse.
Wanneer ik naar de aantallen kijk, dan is het aantal mannen dat we nu hebben heel vergelijkbaar met de vorige vijf jaar. En er komen nog steeds nieuwe bij, dus misschien wordt het wel een goed vliegenvangerjaar. Op sommige plekken worden de nestkasten misschien nu al beperkend. Maar of het een goed jaar wordt hangt af van de vrouwen, en het is maar de vraag welk deel van de mannen dit jaar weer gepaard raakt. Soms blijft een kwart ongepaard.
We moeten dus nog wel even door, moe of niet. Morgen voorspellen ze gelukkig (?) rotweer, dus misschien een ochtend om wat bij te slapen.